De Rechtbank Oost-Brabant heeft op 11 november 2020 uitspraak gedaan over een tweetrapsmaking en een fideï-commissair vermogen.

De rechtbank zal bespreken wat er met het bezwaarde vermogen is gebeurd na het overlijden van oma en voor het overlijden van moeder.

Daarbij zal eerst worden besproken wat de consequenties zijn van de door oma in haar testament opgenomen tweetraps-making.

Erfrecht. Verdeling van nalatenschap. Testament. Tweetrapsmaking. Fideï-commissair vermogen. Vruchtgebruik. Vervreemding. Zaaksvervanging. Interen.

De rechter oordeelt als volgt.

De rechten en verplichtingen van moeder in verband met de tweetraps-making.

Ingevolge het bepaalde in het eerste en tweede lid van artikel 4:138 BW wordt, wanneer een erfstelling onder een voorwaarde is gemaakt, degene aan wie het vermaakte tot de vervulling der voorwaarde toekomt, als de uitsluitend rechthebbende aangemerkt voor zover het betreft de door en tegen derden uit te oefenen rechten en rechtsvorderingen.

Voor het overige vinden de wettelijke voorschriften betreffende het vruchtgebruik, zoals geregeld in titel 8 van boek 3 overeenkomstige toepassing.

Daarom is de uitsluitend rechthebbende verplicht het vermaakte gelijk een vruchtgebruiker te bewaren en in stand te houden, tenzij de erflater hem of haar de bevoegdheid heeft toegekend om de goederen te verteren en onvoorwaardelijk te vervreemden.

Moeder is bij testament van oma tot enig erfgenaam benoemd.

In dit testament is bepaald dat datgene wat moeder uit de nalatenschap verkrijgt, wordt verkregen bij wege van een erfstelling fideï-commis de residuo.

Dit houdt in dat alles wat onvervreemd en onverteerd overblijft na het overlijden van moeder zal toekomen aan de dochter.

Daarbij zijn de volgende voorwaarden aan moeder opgelegd:

-Zij mag niet bij testament of schenking over het verkregene beschikken.

-Tot het bezwaarde vermogen behoort ook hetgeen bij verkoop of wederbelegging in de plaats is gekomen van de oorspronkelijke vermogensbestanddelen.

-Vermogensvermeerdering van moeder ten laste van het bezwaarde vermogen leidt tot een vergoedingsplicht van moeder jegens de dochter.

-Moeder is verplicht haar eigen vermogen te verteren alvorens zij inteert op het bezwaarde vermogen.

In het testament van oma staat dat datgene wat bij vervreemding van de oorspronkelijke vermogensbestanddelen daarvoor in de plaats is gekomen tot het bezwaarde vermogen behoort.

De rechtbank leidt uit de woorden “bij vervreemding” af dat moeder bevoegd was om tot verkoop van onderdelen van het bezwaarde vermogen over te gaan.

Zij mocht de verkoopopbrengst echter alleen gebruiken (in de zin van “daarop interen”), als zij zelf geen eigen vermogen meer had.

Omstandigheden op grond waarvan het testamant van oma anders moet worden uitgelegd, zijn gesteld noch gebleken.

Wilt u de gehele uitspraak bekijken? Klik dan hier.

Heeft u een vraag aan onze advocaat verdeling erfenis over de vereffening of verdeling van een erfenis, over de uitleg van een testament of over de nietigheid van een testament, over de taken en bevoegdheden van de executeur, over het kindsdeel of over de legitieme, of over een tweetrapsmaking in een testament, belt u dan gerust onze advocaat verdeling erfenis op 020-3980150.

Wilt u meer weten over de verdeling van een erfenis, bezoek dan onze website over de verdeling van een erfenis. Klik dan hier.

Wilt u meer weten over het erfrecht, bezoek dan onze website van ons advocatenkantoor. Klik dan hier.